Wanneer men op de trekker gezeten is, bevinden zich aan de rechterkant van stel quadranten, welke gemakkelijk te bedienen zijn. Deze worden aangeduid als het buitenste en binnenste quadrant. 

Buitenste quadrant: Dit heeft een gele kleur en is gemerkt "Draft" (automatische diepteregeling). Handle (A) heeft een vlakke bovenkant en is verder voorzien van een verstelbare afstelknop met een gekarteld sluitwiel (B). 

Binnenste quadrant: Dit heeft een lange rood gekleurde sector aan de voorzijde, gemerkt "Position" (positie) en "Transport" en aan de achterzijde een kleine blauwe sector gemerkt "Constant Pumping" (constant pompen). 
De handle (C) heeft een zwarte groef aan de bovenzijde en is verder voorzien van een verstelbare blokkeerrpal met een gekartelde moer (D)

Reactiesnelheid quadrant: Dit quadrant is aan de rechterzijde van het transmissiehuis gemonteerd. Het is gemerkt "slow" (langzaam) aan de achterzijde en "Fast" (snel) aaan de voorzijde. Het is voorzien van een handle met pijl (H).

Met de binnenste handle geplaatst in de Rode Sector van het quadrant kan men de onderste hefarmen in iedere gewenste stand zetten. 

Wordt gebruikt voor: Montage en transport van werktijgen, demontage van werktijgen, het werken met maaiapparaten, grondboren, grondschuiven en andere werktuigen waarbij de diepteregeling van weinig of geen belang is. 

Montage van werktuigen

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: De handle (C) tegen de stop bij "Transport" plaatsen en de trekker achteruit naar het werktuig verplaatsen. 

Verplaats de handle (C) naar voren totdat de onderste herarmen net iets onder de bevestigingspennen van het werktuig komen te staan. Monteer het werktuig.

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: Verplaats handle (C) naar de stop "Transport" stop. Draai de spindel van de driepunts ophanging zover op, dat heh werktuig niet meer kan schommelen.

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: Verplaats handle (C) langzaam naar voren zodat het werktuig zakt. Het werktuig zal met dezelfde snelheid zakken als waarmee de handle (C) naar wordt bewogen. Ontkoppel de 3-punts ophanging. Zet de handle (C) weer tegen de "Transport" stop wanneer u weg rijdt. 

Opmerking: Wanneer de trekker niet wordt gebruikt en het werktuig nog steeds gemonteerd is, laat dan het eerst op de grond zakken en zet daarna de motor af.

VOOR JE GAAT WERKEN:

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: Verplaats handle (C) langzaam naar voren in de Rode Sector, totdat het werktuig door middel van de onderste hefarmen in de gewenste stand staat.

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: Met het werktuig op juiste werkdiepte de verplaatsbare stop (D) tot aan de handle (C) verplaatsen en vastdraaien.

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: Om het werktuig uit het werk te stellen de handle (C) op de "Transport" stop zetten. 

DAARNA WEER GAAN WERKEN:

Verplaats de handle (C) weer naar voren tot aan de verplaatsbare stop (D). Het werktuig komt dan terug op de eerder ingestelde werkdiepte.

Dit wordt gebruikt in samenwerking met de automatische diepteregeling voor ploegen, etc. Het gewicht dat wordt overgebracht en de snelheid waarmee het hydraulisch systeem reageert op veranderde omstangdigheden zoals bodemgesteldheid en gewicht van het werktuig, kan hiermee geregeld worden. Maximale tractie wordt verkregen door de handle (H) naar "Slow" (langzaam) te verplaatsen, maar door de handle naar "Fast" (snel) te verplaatsen, maakt men dit meer gevoelig en zal dit beter volgen in een geaccidenteerd terrein. Het wordt ook gebruikt om de daalsnelheid van de hefarmen te regelen en van buiten-hydraulische cylinders te regelen.

Buitenste Handle: laat het werktuig heffen of zakken en geeft de werkdiepte aan.

Te gebruiken voor: Ploegen, grondwerktuigen, regelaar voor uitwendig bediende hydraulische cylinders of motoren. wanneer geen aparte regelkraan gemonteerd is. 

PLOEGEN, etc.

VOOR JE GAAT WERKEN:

Buitenste quadrant: Verplaats de Buitenste Handle (A) naar voren, waardoor het werktuig zakt en in de grond gaat wanneerr de trekkerr vooruit rijdt. Hoe verder je handle naar voren plaatst, hoe dieper het werktuig in de grond dringt. 

Binnenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (C) op  "Transport" stop zetten. Zet de verplaatsbare stop (D) vast zodat de handle niet verschoven kan worden. 

Buitenste quadrant: Wanneer de juiste werkdiepte is bereikt, de stelknop (B) in lijn brengen met de buitenste handle (A)  en het sluitwiel vastdraaien. Eventuele verstellingen doen met de buitenste handle (A). 

Binnenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (C) vastzetten tegen de "Transport" stop.

Buitenste quadrant: Hef het werktuig door de buitenste handle (A) naar achteren te verplaatsen. 

DAARNA WEER GAAN WERKEN:

Verplaats de handle (A) weer naar voren tot aan de verplaatsbare stop (B). Het werktuig komt dan terug op de eerder ingestelde werkdiepte.

Binnenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (C) vastzetten tegen de "Transport" stop.

Buitenste quadrant: Zoek een punt op ongeveer 3/4 vanaf de onderzijde van het kwadrant: Verschuif de handle (A) langzaam voor- en achteruit totdat de cylinders in rust zijn. Zet de stelknop (B) in een lijn met handle (A) en zet de stelknop vast. 

Binnenste quadrant: Zet handle (C) in de blauwe sector die met "Constant Pumping" (konstant pompen) is gemerkt.

WERKING:

Buitenste quadrant: Hef de lader zover als nodig door de handle (A) naar achteren te verplaatsen en laat de lader weer zakken door handle (A) naar voren te verplaatsen (Voorbij stelknop (B). De de cylinders kunnen in iedere gewenste stand worden gezet door handle (A) in een lijn met de stelknop (B) te plaatsen. 

Binnenste quadrant: Zet handle (C) in de blauwe sector die met "Constant Pumping" (konstant pompen) is gemerkt.

Belangrijk: Zodra de lader de hoogste stand heeft bereikt, moet de handle (A) in een lijn met de stelknop (B) worden geplaatst, omdat anders het overdrukventiel blijft afblazen. Dit veroorzaakt onnodige slijtage aan het overdrukventiel..

Er kan geen hydraulische vermogen worden geleverd voordat de handle (C) in de blauwe sector die met "Constant Pumping" (konstant pompen) is gemerkt, is geplaatst.

Wanneer men op de trekker gezeten is, bevinden zich aan de rechterkant van stel quadranten, welke gemakkelijk te bedienen zijn. Deze worden aangeduid als het buitenste en binnenste quadrant. 

Buitenste quadrant: Dit heeft een gele kleur en is gemerkt "Draft" (automatische diepteregeling). Handle (A) heeft een vlakke bovenkant en is verder voorzien van een verstelbare afstelknop met een gekarteld sluitwiel (B). 

Binnenste quadrant: Dit heeft een lange rood gekleurde sector aan de voorzijde, gemerkt "Position" (positie) en "Transport" en aan de achterzijde een kleine blauwe sector gemerkt "Constant Pumping" (constant pompen). 
De handle (C) heeft een zwarte groef aan de bovenzijde en is verder voorzien van een verstelbare blokkeerrpal met een gekartelde moer (D)

Met de binnenste handle geplaatst in de Rode Sector van het quadrant kan men de onderste hefarmen in iedere gewenste stand zetten. 

Wordt gebruikt voor: Montage en transport van werktijgen, demontage van werktuigen, het werken met maaiapparaten, grondboren, grondschuiven en andere werktuigen waarbij de diepteregeling van weinig of geen belang is. 

Montage van werktuigen

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: Verplaats de voorste afstelknop (F) terug in zijn zijn sector en vorm hiermee de "Transport" stop. Zet de binnenste handle (E) in de rode sector tegen de transport stop en rijdt de trekker achteruit. 
Verplaats de handle (E) naar achteren totdat de onderste herarmen net iets onder de bevestigingspennen van het werktuig komen te staan. Monteer het werktuig.

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: Verplaats handle (E) naar de stop "Transport" stop. Draai de spindel van de driepunts ophanging zover op, dat heh werktuig niet meer kan schommelen.

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: Verplaats handle (E) langzaam naar achteren zodat het werktuig zakt. Het werktuig zal met dezelfde snelheid zakken als waarmee de handle (E) naar wordt bewogen. Ontkoppel de 3-punts ophanging. Zet de handle (E) weer tegen de "Transport" stop wanneer u weg rijdt. 

Opmerking: Wanneer de trekker niet wordt gebruikt en het werktuig nog steeds gemonteerd is, laat dan het eerst op de grond zakken en zet daarna de motor af.

VOOR JE GAAT WERKEN:

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: Verplaats de voorste afstelknop (F) terug in de sector en vorm hiermee de "Transport" stop.Verplaats handle (E) in de Rode Sector, totdat het werktuig door middel van de onderste hefarmen in de gewenste stand staat.

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: Met het werktuig op juiste werkdiepte de verplaatsbare stop (G) tot aan de handle (C) verplaatsen en vastdraaien.

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: Om het werktuig uit het werk te stellen de handle (E) op de "Transport" stop zetten. 

DAARNA WEER GAAN WERKEN:

Verplaats de handle (E) weer naar voren tot aan de verplaatsbare stop (G). Het werktuig komt dan terug op de eerder ingestelde werkdiepte.

Dit wordt gebruikt in samenwerking met de automatische diepteregeling voor ploegen, etc. Het gewicht dat wordt overgebracht en de snelheid waarmee het hydraulisch systeem reageert op veranderde omstangdigheden zoals bodemgesteldheid en gewicht van het werktuig, kan hiermee geregeld worden. Maximale tractie wordt verkregen door de handle (H) naar "Slow" (langzaam) te verplaatsen, maar door de handle naar "Fast" (snel) te verplaatsen, maakt men dit meer gevoelig en zal dit beter volgen in een geaccidenteerd terrein. Het wordt ook gebruikt om de daalsnelheid van de hefarmen te regelen en van buiten-hydraulische cylinders te regelen.

Buitenste Handle: laat het werktuig heffen of zakken en geeft de werkdiepte aan.

Te gebruiken voor: Ploegen, grondwerktuigen, regelaar voor uitwendig bediende hydraulische cylinders of motoren. wanneer geen aparte regelkraan gemonteerd is. 

PLOEGEN, etc.

VOOR JE GAAT WERKEN:

Buitenste quadrant: Verplaats de Buitenste Handle (A) naar voren, waardoor het werktuig zakt en in de grond gaat wanneer de trekkerr vooruit rijdt. Hoe verder je handle naar voren plaatst, hoe dieper het werktuig in de grond dringt. 

Binnenste quadrant: Niet gebruiken. Verplaats de voorste afstelknop (F) terug in de sector en vorm hiermee de "Transport" stop. Handle (E) op  "Transport" stop zetten. Zet de achterste verplaatsbare stop (G) vast zodat de handle (E) niet verschoven kan worden. 

Buitenste quadrant: Wanneer de juiste werkdiepte is bereikt, de stelknop (B) in lijn brengen met de buitenste handle (A)  en het sluitwiel vastdraaien. Eventuele verstellingen doen met de buitenste handle (A). 

Binnenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (E) vastzetten tegen de "Transport" stop.

Buitenste quadrant: Hef het werktuig door de buitenste handle (A) naar achteren te verplaatsen. 

DAARNA WEER GAAN WERKEN:

Verplaats de handle (A) weer naar voren tot aan de verplaatsbare stop (B). Het werktuig komt dan terug op de eerder ingestelde werkdiepte.

Binnenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (C) vastzetten tegen de "Transport" stop.

Buitenste quadrant: Zoek een punt op ongeveer 3/4 vanaf de onderzijde van het kwadrant: Verschuif de handle (A) langzaam voor- en achteruit totdat de cylinders in rust zijn. Zet de stelknop (B) in een lijn met handle (A) en zet de stelknop vast. 

Binnenste quadrant: Zet handle (E) in de blauwe sector die met "Constant Pumping" (konstant pompen) is gemerkt.

WERKING:

Buitenste quadrant: Hef de lader zover als nodig door de handle (A) naar achteren te verplaatsen en laat de lader weer zakken door handle (A) naar voren te verplaatsen (Voorbij stelknop (B). De de cylinders kunnen in iedere gewenste stand worden gezet door handle (A) in een lijn met de stelknop (B) te plaatsen. 

Binnenste quadrant: Zet handle (E) in de blauwe sector die met "Constant Pumping" (konstant pompen) is gemerkt.

Belangrijk: Zodra de lader de hoogste stand heeft bereikt, moet de handle (A) in een lijn met de stelknop (B) worden geplaatst, omdat anders het overdrukventiel blijft afblazen. Dit veroorzaakt onnodige slijtage aan het overdrukventiel..

Er kan geen hydraulische vermogen worden geleverd voordat de handle (E) in de blauwe sector die met "Constant Pumping" (konstant pompen) is gemerkt, is geplaatst.

Wordt gebruikt voor het overbrengen van gewicht van getrokken zware of half-aangebouwde werktuigen op de achterwielen van de trekker.

VOOR GETROKKEN WERKTUIGEN

Bijvoorbeeld 4-wielige wagens, wielploegen, zware schijfploegen etc.

Monteer de gewichtsoverdrachtskoppeling. Bij het vervoeren van zware lasten is het wenselijk om de trekker aan de voorkant te verzwaren met contra gewichten.

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: Zet de Handle (E) helemaal voor in het de zwarte sector (voor de laagste druk).

Wanneer men gewicht op de achterwielen van de trekker wil overbrengen,  beweeg de Handle (E) langzaam omhoog totdat er voldoende gewicht is overgedragen om wielslip te voorkomen.

Opm.: Dit kan ook worden toegepast als hulprem. Door het extra gewicht op de banden, wordt de kans op wegglijden aanzienlijk verminderd.

VOOR ZWARE HALF-AANGEBOUWDE WERKTUIGEN

(Ballastgewicht vooraan de neus van de trekker aanbevolen)

TRANSPORT

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant:Zet de stelknop (G) tot achter "Transport" stand in de rode sector, draai het sluitwiel vast, zodat met een "Transport" stop heeft bereikt. Zet de Handle (E) helemaal voor in het de zwarte sector (voor de laagste druk).

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: Zet de binnenste handel (E) helemaal naar beneden. Hierdoor zakt het werktuig en komt op zijn steunwiel te rusten. Wanneer het werktuig op de juiste diepte is afgesteld, verplaats dan de binnenste handle voorzichtig naar boven, totdat er voldoende gewicht op de achterwielen is overgebleven, waardoor slippen van de achterwielen voorkomen wordt. Zet de stelstop (F) in een lijn met de handle en draai de knop vast.

Belangrijk: Verplaats de handle voorzichtig om het gewenste resultaat te bereike, omdat er anders onvoldoende duk op het steunwiel overblijft en het werktuig niet op de juiste diepte blijft werken.

Buitenste quadrant: Niet gebruiken. Handle (A) geheel omhoog. 

Binnenste quadrant: Verplaats de binnenste handle (E) naar de "Transport" stop. Het werktuig zal nu geheel omhoog komen.

Belangrijk: Let op dat de binnenste handel niet in de blauwe sector "Constant Pumping" blijft staan omdat anders het overdrukventiel druk gaat afblazen.